Co-pa, copacabaanaaa… Met dat aanstekelijke deuntje in onze hoofden rijden we van La Paz naar Copacabana. Copacabana aan het Titicacameer, niet het legendarische strand in Brazilië. Hoewel de Braziliaanse Copacabana vernoemd is naar het Boliviaanse stadje is er van witte stranden aan het Titicacameer geen sprake. Toch is het Lago Titicaca als hoogst bevaarbare meer ter wereld en belangrijke spirituele plek voor verschillende beschavingen en bevolkingsgroepen een bijzondere bestemming. Copacabana is een klein toeristenbolwerk met hippe barretjes en een paar luxe hotels. We kunnen ons tentje kwijt in de tuin van een ecohostel met uitzicht op het meer, dus nog even kamperen in Bolivia.
De enorme kathedraal domineert Copacabana. Voor zonsondergang klauteren we de stijle kruisweg op voor een uitzicht over het meer, het stadje en om alvast even Peru in te turen. Boven op de heuvel zien we een dikke grijze wolkenmassa naderen en we zijn net op tijd weer beneden om te kunnen schuilen voor de onweersbui. En wat voor bui! Straten staan binnen enkele minuten onder water en alle honden in Copacabana lijken helemaal gek te worden. Als de regen minder wordt en we na een kort sprintje onze tent bereiken zijn we opgelucht dat die nog gewoon op zijn plek staat. Het zonnetje en de strakblauwe hemel eerder op de dag zorgden ervoor dat we de tent maar met een paar haringen hebben vastgezet.
Een boottocht over Lago Titicaca brengt ons naar Isla de la Luna. De ruïnes van een kleine en deels gerestaureerde Incatempel zijn stille getuige van het grote belang van het meer en de eilanden voor de Inca’s. Op Isla del Sol zorgt een langdurig conflict tussen verschillende groepen op het kleine eiland ervoor dat toeristen alleen het zuidelijke deel kunnen bezoeken. Iedereen die het noordelijke deel van het eiland probeert te bereiken wordt vriendelijk maar dringend verzocht om te draaien, zodat de bewoners van het noordelijke deel belangrijke toeristeninkomsten mislopen. De bouw van een hotel door de ene groep op een heilig stuk grond voor de andere groep ligt ten grondslag aan de ruzie. We blijven dus braaf op het zuidelijke deel en wandelen naar een ruïne waar enkele typische elementen van de Inca architectuur goed te bewonderen zijn. We genieten behoorlijk van ons kampeerplekje en kunnen nog geen afscheid nemen van Bolivia. Daarom blijven we een nachtje langer en maken een lange wandeling langs het meer, door kleine dorpjes, van uitzicht naar uitzicht.
Maar aan de overkant wacht een nieuw land, meer cultuur en historie, meer kleurrijke tradities en meer heerlijke gerechten. 54 dagen brengen we door in Bolivia, maar nu stappen we in een colectivo richting de Boliviaanse grenspost. We houden er rekening mee dat we de douanebeambte een paar keer moeten uitleggen waarom we geen Bolivia-in stempel hebben en dat we ons visum met dertig dagen verlengden in Cochabamba. Maar het enige waar de beste man in geïnteresseerd is, is de eerstvolgende lege plek in ons paspoort om zijn stempel neer te knallen. Zijn Peruviaanse collega doet er niet veel langer over om onze paspoorten te stempelen en heet ons van harte welkom in Peru. We zijn in Peru!
Na een korte wandeling lopen we Yunguyo binnen en gaan we opzoek naar een bank en pinnen een pakketje Nuevo Soles. Vierhonderd Soles (ongeveer honderdtien Euro) is het maximum, maar we kunnen eindelijk weer eens zonder transactiekosten pinnen. Met het geld op zak kunnen we opzoek naar vervoer richting Puno. Het valt meteen op dat het er in Peru iets georganiseerder aan toe gaat. Een bizar fenomeen eigenlijk, een handje vol kilometers liggen er maar tussen Yunguyo en Copacabana. De grens is – behalve de douaneposten – niet eens zichtbaar, geen rivier, geen vallei, geen bergketen. Dezelfde taal, hetzelfde uiterlijk en vergelijkbare tradities en historie. En toch duidelijk verschillend.
In Puno boeken we nog een boottocht op het Titicacameer om de beroemde drijvende rieteilanden en Isla Taquile te bezoeken. De inwoners van de eilanden bouwden de interessante drijvende constructies van rietkluiten ooit om uit handen van de Spanjaarden te blijven en leefden een bizar en moeilijk leven op de kleine eilanden. Tegenwoordig lijken de eilanden alleen nog een toeristenattractie. De gids vindt dan ook dat we zelf maar moeten bedenken of de gezinnen die we bezoeken daadwerkelijk op het eilandje wonen. Toch is het bezoek de moeite meer dan waard. Op Isla Taquile wandelen we door enkele kleine dorpjes die een stuk authentieker en fotogenieker ogen dan de onorthodoxe bouwwerken van blauwe en oranje golfplaten op Isla del Sol in Bolivia. Voor de lunch is er een heerlijk stukje zalm uit het meer en drinken we de eerste fel gele en mierzoete Inka-Cola.
Aangezien de vlucht van Lima naar Washington DC geboekt is besluiten we geen tijd te verspillen door gewoon even in Puno rond te hangen. We boeken twee tickets naar Cusco voor de volgende ochtend en ontdekken per toeval dat het loont te vragen naar stoelen met korting. Er blijken in elke bus een handje vol willekeurige stoelen voor een veel lagere prijs beschikbaar, maar alleen als je er expliciet om vraagt. Een keer of vijf. Handig, naar Cusco, de Sacred Valley en Machu Picchu!
Weer een stuk levenservaring wat betreft onderhandelen!!! Bijzonder !!!!